in  gracht
        
        Het is een moeilijk dilemma: de 
        
gracht 
        om een 
vesting 
        ligt er om het de vijand tijdens een 
        
beleg 
        moeilijk te maken om bij de 
        vesting te komen. Maar toch wil men ook voorkomen dat 
        boten om het 
        
verdedigingswerk 
        heen kunnen varen om 
        snel de zwakste plek te kunnen bereiken. Een muur dwars door de 
        gracht is een probate oplossing: deze heet een 
beer.
        Maar hoe voorkom je dan misbruik? 
        Het antwoord blijkt heel eenvoudig: geef de bovenkant de vorm van een 
        
ezelsrug, 
        dan kan er niet overheen gelopen worden, zelfs niet door een echte 
        
beer. 
        Soms is de hele (gemetselde) beer als één grote ezelsrug uitgevoerd. 
        Toch is de situatie nog niet helemaal veilig. Zoals een ruiter te paard zit, zo kan een 
        soldaat de beer 'berijden'. Dat is te voorkomen. Een simpel middel is de 
        
scheurbroek, 
        een ijzeren staketsel dat wel wat meer dan de 
        broek scheurt bij een poging er overheen te klimmen. 
        Helemaal afdoende is de 
        '
monnik', 
        een ronde opbouw, waar niet omheen valt te komen.
        Soms is de beer inwendig voorzien van een gang om een uitval mogelijk te maken.
        Wanneer een vesting dicht bij zee ligt, dan kan een 'zeebeer' 
        het zoute water uit de gracht houden en tevens deze tegen hoog water beschermen.
        
        
        
        
        
        
        
          Tekst: Jean Penders, 12-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders